Verdunningen
Verdunnen in de scheikunde betekent dat de je concentratie verlaagd.
Denk maar aan ranja, je doet een laagje siroop in het glas en dan doe je daar water bij. Door het water toe te voegen wordt de siroop verdunt.
Verdunningen worden niet alleen gebruikt bij het maken van ranja, maar hebben ook veel serieuzere toepassingen.
Denk maar eens aan chemici die in een lab een sterk geconcentreerd middel verdunnen om deze verder te gebruiken in hun proef, of in het ziekenhuis waar een medicijn wordt verdund zodat deze kan worden toegediend aan een patiënt. Hoe verdunningen precies werken en hoe je moet rekenen aan verdunningen legt Mr. Chadd je hieronder uit!
Concentratie
Bij verdunnen moet je eerst de concentratie weten van de stof die je wilt verdunnen. De concentratie kun je berekenen door de hoeveelheid opgeloste stof te delen door de hoeveelheid oplossing. De formule is dan
Hoeveelheid opgeloste stof ÷ Hoeveelheid oplossing.
Let op, je deelt niet door het oplosmiddel maar door de oplossing. Stel dat je een zoutoplossing wil maken van 40 g/L dan doe je niet 40 gram zout bij een liter water is, want dan krijg je een oplossing die iets meer is dan één liter. Om het goed te doen moet je eerst 40 gram zout in een maatkolf doen en dan de maatkolf vullen met water totdat er precies 1 liter vloeistof in zit.
Verdunningsfactor
De verdunningsfactor geeft aan hoeveel keer lager de concentratie is na de verdunning. De verdunningsfactor kun je berekenen door de concentratie voor het verdunnen te delen door de concentratie na het verdunnen.
Je hebt een zoutoplossing van 40 g/L, als je daar een zoutoplossing van 8 g/L van wil maken moet je gaan verdunnen. Om de verdunningsfactor uit te rekenen deel je 40 door 8, de verdunningsfactor is dus 5.
Verdunnen
Om te verdunnen moet je water toevoegen aan de zoutoplossing. Je hebt 1 L zoutoplossing van 40 g/L, deze kan op twee manieren verdund worden.
Een optie is om direct water toe te voegen aan de zoutoplossing. De concentratie is 40 g/L en je wilt naar een concentratie van 8 g/L. De verdunningsfactor had je al uitgerekend; die is 5. Dat betekent dat we dezelfde hoeveelheid zout in 5 keer zoveel water willen hebben. Je hebt nu 1 L water, 1 x 5 = 5 je wil dus naar een totaal van 5 L water toe. Je hebt al 1 L water, daar moet je dus nog 4 L water aan toevoegen. Om de concentratie van 40 g/L naar 8 g/L te krijgen, voegen we dus 4 L water toe aan de zoutoplossing.
Het is echter niet altijd handig om 5 L oplossing te hebben. Er is gelukkig ook nog een andere manier om te verdunnen. Je hebt nog steeds een zoutoplossing van 40 g/L die je wilt verdunnen naar 8 g/L. De verdunningsfactor was 5, je neemt dan ⅕ deel van de zoutoplossing, dat is 200 ml. Je vult deze 200 ml weer aan tot 1 L, dan heb je ook 5 keer verdunt.
Oefenvragen
Je hebt een oplossing met een concentratie van 5 gram zout per 200 mL. Wat is de concentratie van 1 L zoutoplossing?
Je hebt 2 L suikeroplossing van 80 g/L, je wil 1 L suikeroplossing van 20 g/L hebben. Hoe doe je dat?
Leerlingen die hier vragen over hebben, keken ook naar:
Werkt u in het vo of mbo? Plan direct een vrijblijvende demonstratie in!
We laten u graag geheel vrijblijvend zien hoe Mr. Chadd werkt, hoe het kan worden ingezet en wat de meerwaarde is. Dit doen we in een fysieke of online afspraak van zo'n 30 minuten. Let op! Deze demonstratie is alleen bedoeld voor mensen die werkzaam zijn in het vo of mbo, NIET voor leerlingen!
Meer informatie over Mr. Chadd
Laat hieronder uw gegevens achter en we sturen u geheel vrijblijvend meer informatie over Mr. Chadd op!
Werkt u in het vo of mbo? Neem contact op!
Bent u benieuwd naar de voordelen van Mr. Chadd of heeft u andere vragen? Laat uw gegevens achter en wij nemen zo snel mogelijk contact op.