De functies van de lever
De functies van de lever
De lever is een van de belangrijkste organen van het lichaam.
Het orgaan bevindt zich in de buik, net onder het middenrif. De lever is een groot en complex orgaan.
Bijzonder aan je lever is dat hij in staat is om binnen enkele weken weer uit te groeien tot een normaal werkende lever als een gedeelte verwijderd is, daarom kun je een deel van je lever doneren. Je lever speelt een belangrijke rol in allerlei essentiële functies in het lichaam. Zonder je lever kun je niet leven. Welke functies dit precies zijn, lees je hieronder!
Eiwitsynthese in de lever en transaminering
De lever is een producent van eiwitten in het lichaam. Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren en hebben belangrijke functies binnen het lichaam. Eiwitten worden gebruikt voor de opbouw van weefsels en spieren, maar worden ook gebruikt voor het transport van allerlei stoffen door het lichaam. Ons voedsel bevat twintig verschillende aminozuren. Nadat aminozuren, die ontstaan door de afbraak van de eiwitten uit ons voedsel, in het bloed terecht zijn gekomen, worden ze vervoerd naar de lever en naar de lichaamscellen. De lever maakt van aminozuren weer eiwitten. Deze worden gebruikt voor het bloed, het zijn de bloedeiwitten. Waarom worden eiwitten niet direct opgenomen, waarom worden ze eerst afgebroken tot aminozuren? De reden hiervoor is dat de eiwitten in ons voedsel niet de juiste verhouding aminozuren heeft die we in het lichaam nodig hebben. Het lichaam gebruikt de aminozuren om eiwitten te maken, die wél bij ons lichaam passen. De lever kan daarnaast elf van de twintig aminozuren zelf ombouwen uit aminozuren die overbodig zijn. Het ombouwen van overtollige aminozuren tot aminozuren die het lichaam nodig heeft voor de opbouw van diverse eiwitten, heet transaminering. Aminozuren die niet via transaminering door de lever gemaakt kunnen worden, heten essentiële aminozuren. Er zijn dus negen essentiële aminozuren, deze aminozuren moeten in voldoende mate in het voedsel zitten omdat het lichaam ze niet zelf kan maken. Naast de lever, bouwen de lichaamscellen zelf ook eiwitten op. Er wordt menselijk eiwit gemaakt. Dit eiwit wordt gebruikt voor de vervanging van cellen en voor de groei van kinderen. Meer hierover kun je lezen in ons artikel over eiwitsynthese.
Productie en opslag van energie en brandstoffen
Vetten en suikers (glucose) zijn belangrijke brandstoffen in het lichaam. Een lichaam heeft constant brandstof nodig voor warmtebehoud, het goed laten verlopen van chemische processen en voor de opbouw en vervanging van weefsels. Ook de levercellen nemen glucose op voor energieproductie, maar daarnaast slaan de levercellen ook een deel van de glucose op in de vorm van glycogeen. Heeft het lichaam glucose nodig, dan breken de levercellen het glycogeen weer af tot glucose in een proces dat glycogenolyse heet. Lyse betekent afbreken, dus het glycogeen wordt afgebroken. Het hormoon glucagon, gemaakt door de alvleesklier, signaleert een te laag glucosegehalte in het bloed, bijvoorbeeld tijdens de slaap of bij langdurig vasten. Vervolgens laat glucagon de glycolyse stoppen en wordt de glycogenolyse geactiveerd. Glycogeen wordt vervolgens weer omgezet in glucose. Wanneer de opslagvoorraden voor glycogeen in de lever en spieren volledig opgevuld zijn, wordt lipogenese (= geboren worden van vetten) in gang gezet. Dit gebeurt bij een hoge bloedsuikerspiegel en een hoge insuline concentratie in het bloed. Gezien glucose niet kan worden omgezet naar glycogeen in de reserves, wordt het omgezet naar vet dat wordt opgeslagen rondom de organen en onder de huid. Wanneer het lichaam later behoefte heeft aan glucose, kan het deze vetten ook weer omzetten in glucose. Dit proces heet gluconeogenese. Gluconeogenese betekent letterlijk het opnieuw geboren worden van glucose.
Zo werkt de app
Productie en opslag van energie en brandstoffen
Vetten en suikers (glucose) zijn belangrijke brandstoffen in het lichaam. Een lichaam heeft constant brandstof nodig voor warmtebehoud, het goed laten verlopen van chemische processen en voor de opbouw en vervanging van weefsels. Ook de levercellen nemen glucose op voor energieproductie, maar daarnaast slaan de levercellen ook een deel van de glucose op in de vorm van glycogeen. Heeft het lichaam glucose nodig, dan breken de levercellen het glycogeen weer af tot glucose in een proces dat gluconeogenese heet. Gluconeogenese betekent letterlijk het opnieuw geboren worden van glucose. In gluconeogenese kan de lever glucose vormen uit het opgeslagen glycogeen. Het hormoon glucagon, gemaakt door de alvleesklier, signaleert een te laag glucosegehalte in het bloed, bijvoorbeeld tijdens de slaap of bij langdurig vasten. Vervolgens laat glucagon de glycolyse stoppen en wordt de gluconeogenese geactiveerd. Glycogeen wordt vervolgens weer omgezet in glucose. Wanneer de opslagvoorraden voor glucose in de lever en spieren volledig opgevuld zijn, wordt lipogenese (= geboren worden van vetten) in gang gezet. Dit gebeurt bij een hoge bloedsuikerspiegel en een hoge insuline concentratie in het bloed. Gezien glucose niet kan worden omgezet naar glucagon in de reserves, wordt het omgezet naar vet dat wordt opgeslagen rondom de organen en onder de huid.
Verwerking en afvoer van afvalstoffen
Het lichaam produceert veel afvalstoffen. De lever heeft een belangrijke functie voor de verwerking en afvoer van deze afvalstoffen. De lever filtert afvalstoffen uit het bloed die door andere delen van het lichaam zijn geproduceerd. Een voorbeeld hiervan is melkzuur, dit ontstaat bij verbranding in de spieren. De lever kan afvalstoffen omzetten tot niet-schadelijke stoffen of stoffen die in het lichaam kunnen worden hergebruikt. Ook kunnen via de lever en de gal afvalstoffen direct naar de darm worden afgevoerd en uitgescheiden. Een voorbeeld van een afvalstof is bilirubine, deze ontstaat uit rode bloedcellen die worden afgebroken in de lever. Bilirubine heeft een gele kleur, dit zorgt voor de bruine kleur van poep. Bij leverziekten ontstaat vaak een ophoping van bilirubine in het bloed, wat ervoor zorgt dat patiënten met een leverziekte er vaak geel uitzien. Naast lichaamseigen afvalstoffen, krijgt het lichaam ook veel schadelijke binnen via consumptie. De lever zorgt er bijvoorbeeld voor dat afvalstoffen uit medicijnen en alcohol onschadelijk worden gemaakt en afgevoerd via galvloeistof of urine.
De productie van gal
Een andere functie van de lever is het produceren van galvloeistof. Via de galwegen komt de galvloeistof in de galblaas terecht. Wanneer vet eten verteert moet worden, trekt de galblaas samen. Galvloeistof wordt dan via de galwegen aan de dunne darm afgegeven. In de dunne darm is de galvloeistof nodig om vetten te verteren. De galblaas is een klein, peervormig zakje waarin galvloeistof tijdelijk opgeslagen kan worden. De galblaas ligt rechtsboven in de buikholte tegen de voorkant van de lever aan.
Oefenopgaven
- De gal wordt uitgescheiden door de lever. De galkleurstoffen die in gal zitten zijn in de lever vrijgekomen door de afbraak van welke stof?
- Verschillende aminozuren kunnen bij de mens in de lever worden gesynthetiseerd. Van welke stoffen zijn de daarbij gebruikte NH2-groepen afkomstig?
Toch nog wat extra uitleg nodig en heb je liever persoonlijk contact met een coach? Naast chatten is bijles ook een optie bij ons!
Werkt u in het vo of mbo? Plan direct een vrijblijvende demonstratie in!
We laten u graag geheel vrijblijvend zien hoe Mr. Chadd werkt, hoe het kan worden ingezet en wat de meerwaarde is. Dit doen we in een fysieke of online afspraak van zo'n 30 minuten. Let op! Deze demonstratie is alleen bedoeld voor mensen die werkzaam zijn in het vo of mbo, NIET voor leerlingen!
Meer informatie over Mr. Chadd
Laat hieronder uw gegevens achter en we sturen u geheel vrijblijvend meer informatie over Mr. Chadd op!
Werkt u in het vo of mbo? Neem contact op!
Bent u benieuwd naar de voordelen van Mr. Chadd of heeft u andere vragen? Laat uw gegevens achter en wij nemen zo snel mogelijk contact op.