Formuleren
Formuleren is een van de lastigste onderwerpen van het vak Nederlands.
Wil jij alle regels op een rijtje? Lees dan deze samenvatting!
In deze samenvatting vind je:
-
Correct formuleren
- Fout 1: Dubbelop
- Fout 2: Verwijswoorden
- Fout 3: Incongruentie
- Fout 4: Dat/als-constructie
- Fout 5: Foutieve samentrekking
- Fout 6: Foutieve beknopte bijzin
- Fout 7: Zinnen onjuist begrenzen
Correct Formuleren
Fout 1: Dubbelop
Vijf verschillende soorten:
-
- Onjuiste herhaling
- vast voorzetsel wordt ten onrechte twee keer gebruikt.
- Van patat met veel te veel zout houd ik niet van .
-
- Tautologie
- Twee verschillende woorden met gelijke betekenis worden gebruikt.
- Ik ben een enorme fan van bands uit de jaren 70, zoals The Beatles bijvoorbeeld .
-
- Pleonasme
- Een deel van de betekenis van woord 1 wordt nog eens uitgedrukt door woord 2.
- De aanwezige bezoekers genoten van het optreden.
-
- Contaminatie
- Twee woorden of uitdrukkingen worden ten onrechte vermengd.
- Ik zal dat telefoonnummer even voor je nachecken .
-
- Dubbele ontkenning
- Er zitten meerdere ontkennende woorden in ééjn zin.
- Hij voorkwam dat ik niet een beroerte kreeg.
Fout 2: Verwijswoorden
Verkeerd verwijzen
Soms worden de verkeerde verwijswoorden en voornaamwoorden gebruikt.
Het volgende schema geeft weer wanneer je welk voornaamwoord moet gebruiken.
Zo werkt de app
Onduidelijk verwijzen
-
Een verwijswoord verwijst naar iets terug wat niet in de zin staat.
- Er moet een verbod op onverdoofd slachten komen, omdat ze anders heel veel pijn lijden. (Wie is ze?)
-
Een verwijswoord kan naar meerdere woorden terug verwijzen.
- De man was aan het spelen met de hond, waarna die hem beet. (Wie is die? De hond of de man?)
Fout 3: Incongruentie
Als het onderwerp enkelvoud is, moet de persoonsvorm ook enkelvoudig zijn. Andersom geldt dat ook voor meervoudig onderwerp: dan moet de persoonsvorm ook in meervoud staan.
Fout : De jeugd hebben tegenwoordig geen respect meer voor andere mensen.
Goed : De jeugd heeft tegenwoordig geen respect meer voor andere mensen.
Fout 4: Dat/als-constructie
Woorden zoals als of wanneer mogen niet direct naast het woord dat staan.
- Fout
- Het is niet te geloven dat als je student bent, je tegenwoordig alles zelf moet betalen.
- Goed
- Het is niet te geloven dat je tegenwoordig alles zelf moet betalen, als je student bent.
Fout 5: Foutieve samentrekking
Soms mag je een deel van een woord of zin weglaten, bijvoorbeeld bij:
- Woorddelen ( voor- en nadelen )
- Complete woorden ( korte (…) en lange broeken )
- Zinsdelen ( Jan koopt een cd en Piet (…) een MP3 )
Het is alleen niet altijd toegestaan, omdat:
-
De betekenis verschillend is, bijvoorbeeld:
- “ Hij nam afscheid van ons en (..) de trein. ” Afscheid nemen en de trein nemen zijn twee verschillende dingen.
-
De vorm (enkelvoud/meervoud) verschillend is, bijvoorbeeld:
- “ Ik ga naar huis en jullie (…) naar school. ” Ga en gaan zijn twee verschillende woorden.
-
De grammaticale functie verschillend is, bijvoorbeeld:
- “ Hij heeft een paar fouten gemaakt, maar wel een voldoende .” Hij heeft is in het eerste deel hulpwerkwoord, in het tweede deel hoofdwerkwoord.
Fout 6: Foutieve beknopte bijzin
In een beknopte bijzin staat geen persoonsvorm en onderwerp. Weet jij niet meer goed hoe dit werkt? Check dan dit artikel !
Een voorwaarde voor het maken van een beknopte bijzin is dan wel dat het onderwerp hetzelfde is als het onderwerp van de hoofdzin. Zo niet, dan is er sprake van een foutieve beknopte bijzin. Er zijn drie soorten.
Bij zin 1A lijkt het alsof de voorstelling zelf is aangekomen bij het theater. Bij zin 2A zijn het Erins ogen die aan het fietsen zijn. Bij zin 3A staat er dat de staking zelf uren overlegd heeft.
Een foutieve beknopte bijzin kan op twee manieren opgelost worden:
- Maak van de beknopte bijzin een gewone bijzin met een persoonsvorm en een onderwerp (zie zin 3B).
- Zorg ervoor dat het onderwerp van de hoofdzin hetzelfde wordt als het ‘denkbeeldige’ onderwerp van de beknopte bijzin (zie zin 2B).
Fout 7: Zinnen onjuist begrenzen
-
Losstaand zinsgedeelte . Bijwoordelijke bijzinnen zijn een zinsdeel van een grotere zin, dus ze mogen niet zomaar los staan van de zin waar ze in horen.
- “Ik was moe. Dus ik ging slapen.” → “Ik was moe, dus ging ik slapen.”
-
Zinnen aan elkaar plakken. Zinnen mogen alleen aan elkaar geplakt worden als er een verbindingswoord tussen staat.
- “Ik was moe, daarom ging ik vroeg op bed.” → “Ik was moe. Daarom ging ik vroeg op bed.”
Heb jij nog vragen over de verschillende formuleringsfouten? Chat dan met een van de coaches van Mr. Chadd, zij weten er alles van!
Werkt u in het vo of mbo? Plan direct een vrijblijvende demonstratie in!
We laten u graag geheel vrijblijvend zien hoe Mr. Chadd werkt, hoe het kan worden ingezet en wat de meerwaarde is. Dit doen we in een fysieke of online afspraak van zo'n 30 minuten. Let op! Deze demonstratie is alleen bedoeld voor mensen die werkzaam zijn in het vo of mbo, NIET voor leerlingen!
Meer informatie over Mr. Chadd
Laat hieronder uw gegevens achter en we sturen u geheel vrijblijvend meer informatie over Mr. Chadd op!
Werkt u in het vo of mbo? Neem contact op!
Bent u benieuwd naar de voordelen van Mr. Chadd of heeft u andere vragen? Laat uw gegevens achter en wij nemen zo snel mogelijk contact op.